In deze tijd van pandemie, isolement, quarantaine en lockdown een terugblik op de befaamdste zaak over het conflict tussen burgerrechten en de macht van de staat op gezondheidsgebied.
PremiumDr. George Soper, inspecteur van de gezondheidsdienst van de staat New York, zat met een medische puzzel toen hij het vakantiehuis bezocht van een rijke bankier in Oyster Bay, dicht bij de stad New York. De zes mensen van het gezin waren door buiktyfus zwaar getroffen.
Het was de zomer van 1906. Dankzij de snelle ontwikkelingen in de microbiologie in de laatste decennia was de pathogeen van buiktyfus – evenals zo veel andere overdraagbare ziekten – bekend, namelijk Salmonella typhi. Ook de route: deeltjes fecale materie van iemand met buiktyfus die op de een of andere manier in de mond en daardoor in het spijsverteringsstelsel van een gezond iemand komt.
Gezondheidsinspecteur Soper onderzocht eerst het drinkwater, maar dit bleek niet gecontamineerd te zijn. Idem de melk en het voedsel uit zee. Toen hoorde Soper dat de gezinsleden kort voordat ze ziek werden een lekker toetje van roomijs en verse perziken hadden genoten dat bereid was door kokkin Mary Malone, die kort daarna ontslag nam.
Via een uitzendbureau kreeg Soper de namen en adressen van de families waar kokkin Malone eerder had gewerkt. Het bleek dat buiktyfus achtereenvolgens bij de zeven huishoudens uitgebroken was waarbij ze in dienst was geweest. Soper en een collega gezondheidsinspecteur bezochten mevrouw Malone bij haar thuis in een arme buurt in Manhattan. Toen ze probeerden haar de reden van hun bezoek uit te leggen en haar om een monster van haar excreta vroegen, werd zij woedend. Zij vloekte en bedreigde hen met een grote keukenvork.
Dit artikel is verschenen in TandartsPraktijk nr. 4, 2020.