De cuspidaten kunnen we zien als de hoekstenen van ons gebit. In de ideale beet (neutro-occlusie met correcte overjet en overbite) zorgen de cuspidaten bij elke excursie van de onderkaak voor onmiddellijke disclusie van de postcaniene elementen. Door deze zogenoemde ‘cuspidaatgeleiding’ worden de promolaren en molaren beschermd tegen attritie en mechanische abfractie. Daarbij fungeert een correcte hoektandgeleiding door middel van proprioceptie als waakhond tegen grote krachten of overbelasting. Het ontbreken van (een) cuspidaat(geleiding) heeft mogelijk grote gevolgen. In dit artikel beschrijf ik een casus waarin het belang van de cuspidaat(geleiding) naar voren komt.
In 2003 meldt zich een dame van 44 jaar bij mij (afbeelding 1–3). Zij is al jaren ontevreden over de esthetiek van haar gebit, maar ze hoort al evenveel jaren dat ze die maar beter kan accepteren omdat de oplossing niet voor de hand liggend zou zijn. Nu is haar 21 mobiel geworden en zij maakt zich zorgen over dat element. Als er dan toch een behandeling aan haar voortand moet plaatsvinden, zou ze toch ook graag de mogelijkheden willen laten bekijken voor esthetisch herstel.
Haar voornaamste esthetische klachten zijn de kleur, de vorm en de kroonranden van de kronen op de 21 en 22, en de ongelijkheid van haar gebit aan de linkerkant in zowel de boven- als onderkaak. Bij doorvragen omschrijft ze dit als ‘het verdwijnen’ van haar kiezen achter haar uitstekende hoektand linksboven, het rare gat linksonder en het idee dat haar ondertanden scheef weglopen vanaf de uítstekende hoektand rechtsonder. Met andere woorden: ze stoort zich aan de positie van de 23 en de donkere buccale corridor daarachter, de afwezigheid van de 33 en de stand van het