Zestig procent van de ondervraagde tandartsen gebruikten articaïne als voorkeursverdovingsmiddel. Drieëntwintig procent gebruikte articaïne voor al hun tandheelkundige procedures, inclusief inferieure alveolaire zenuwblokkades. 40% van de respondenten gebruikte articaïne voor al hun tandheelkundige procedures, maar juist niet voor inferieure alveolaire zenuwblokkades. De onderzoekers stellen hiermee een discrepantie vast tussen de klinische praktijk en het huidige onderzoeksbewijs. Daaruit blijkt dat de werkzaamheid van articaïne net zo goed of beter is als lidocaïne en even veilig. Een van de conclusies van de onderzoekers is dan ook dat lang niet alle tandartsen evidence based werken. Het onderzoek bestond uit een wetenschappelijke gevalideerde enquête die werd uitgezet via social media en leverde 358 respondenten op. De deelnemende tandartsen kwamen met name uit Australië en Groot-Brittannië. Lees hier het onderzoeksartikel, gepubliceerd in Nature.
Onderzoek naar gebruik en perceptie van articaïne
Australische wetenschappers hebben onderzocht hoe vaak en bij welke behandelingen tandartsen articaïne (bekend onder de merknamen Ultracain D-S en Septanest) toepassen. Uit het onderzoek bleek dat de keuze regelmatig op een ander lokaal anestheticum viel, waar op basis van wetenschappelijk onderzoek articaïne de voorkeur verdient.
Premium