Pulpotomie: vaak overtreatment
In de literatuur wordt de behandeling van diepe cariës beschreven. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen ‘diep’ en ‘te diep’. Hoewel de pulpotomie in de kindertandheelkunde zeer populair is, komt deze slechts in aanmerking voor ongeveer 5% van de diepe cariëslaesies als er sprake is van een reversibele pulpaontsteking (richtlijn kindertandheelkunde). Het klinische succes van de pulpotomie is dan ook voor een groot deel te danken aan overschrijding van het indicatiegebied. Bij pijnklachten die worden geassocieerd met een irreversibele ontsteking van de pulpa in melkmolaren is niet bekend hoe succesvol de pulpotomie is. Dat is zeker geen 95-100% zoals in het artikel wordt gesuggereerd. Daarom moet de pulpectomie als optie niet te gemakkelijk worden weggezet.
Over het belang van bitewings voor de indicatie: de RDT (Remaining Dentine Thickness) is onbetrouwbaar. Een pulpotomie indiceren vanwege het ontbreken van een ‘clear band’ leidt in 36% van de gevallen tot een fout-positieve beslissing. Beter is het af te gaan op het klinische beeld en de anamnese. In ons onderzoek (J of Endod, 2010) naar indirecte overkapping was bij 30% van de molaren geen beginopname voorhanden. Dat had geen invloed op het resultaat (96% succesvol) na 3 jaar (klinisch en röntgenologisch). Bedenk dat bij röntgenologische beoordeling een onderschatting plaatsvindt van 20% van de RDT (Berbari, 2018). Bedenk ook dat een pulpotomie onder narcose leidt tot meer (co-)morbiditeit als gevolg van pijn (Keles, 2017).
Er is geen enkel bewijs dat een partiële pulpotomie minder succesvol is.