Berisping tandarts wegens slecht georganiseerde praktijk

Tijdens een verblijf van haar tandarts (verweerster) in het buitenland heeft patiënt (klaagster) zich bij de praktijk gemeld vanwege een afgebroken kies. Patiënt is vervolgens zonder tussenkomst van een tandarts gezien en behandeld door een mondhygiëniste. Een deel van de klachten richt zich op de behandeling, maar de patiënt verwijt de tandarts ook dat de organisatie van de praktijk tijdens afwezigheid van de tandarts onvoldoende was. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat de tandarts tekort is geschoten in de organisatie van de praktijk, en legt de maatregel van berisping op en biedt de beslissing aan ter (geanonimiseerde) publicatie.

Toen de patiënt zich wilde laten behandelen in verband met een afgebroken kies, zat haar tandarts in het buitenland. In een telefoongesprek voor de behandeling is tegen de patiënt gezegd dat ze door iemand anders zou worden behandeld. De functie van de behandelaar werd echter niet genoemd tijdens het telefoongesprek. De patiënt werd vervolgens behandeld door een mondhygiënist.

Toen patiënt na de behandeling last kreeg van haar kies, heeft ze een klacht ingediend. Volgens patiënt werd deze klacht niet goed behandeld. Patiënt wilde contact met haar tandarts, maar omdat die in het buitenland zat, kon de tandarts haar niet persoonlijk te woord staan.

(…)

Lees het verloop van de procedure en de beslissing op ECLI:NL:TGZCTG:2021:47 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2020.052.

Bron: Tuchtrecht.overheid.nl
Beeld: © R4223 / picture alliance