In de casus ‘Advies gevraagd’ in TP 3 (april 2017, pag. 64) wordt een schoolvoorbeeld gegeven, met de beste bedoelingen overigens, van het dreigen meegetrokken te worden in een traject vol valkuilen. Een traject dat meestal verloopt volgens de negatieve spiraal van de wet van Murphy.
Het betrof hier de sluiting van vooral het centrale diasteem dat patiënt als een storende factor ervoer. Het resultaat dat de collega heeft bereikt om het diasteem met composietfacings te sluiten is fraai te noemen. Of het mooier had gekund? Over smaak valt altijd te twisten.
Als de patiënt ongeveer een jaar later de praktijk weer bezoekt, beoordeelt zij het resultaat van die behandeling als ‘toch niet zo mooi’. Waarom ze dit pas een jaar later aan de orde stelt is vaag, en ze ventileert meteen een aanvullend ongenoegen: de lichte crowding van het onderfront wordt door haar als ‘te scheef’ ervaren.
Vreemd: in de summiere tekst staat niets waaruit te herleiden is dat de stand van het onderfront in het verleden bij haar ook al een punt van aandacht is geweest. En niet echt logisch: niet tevreden zijn en dan meteen over het volgende ongenoegen beginnen. ‘Was will das Weib?’
De patiënt is ontevreden en consulteert een andere tandarts die, naar later blijkt, grootse plannen met haar voorheeft. Voordat deze collega aan de slag kan wil ze haar gebit eerst gepolijst zien. Hiervoor valt zij terug