Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Waar is mijn gouden kroon gebleven? 

Diederik Wieman
Een (destijds) tandarts kreeg een klacht voor zijn kiezen omdat hij zich - aldus de patiënt in kwestie - onrechtmatig een gouden kroon had toegeëigend. Een ingewikkelde zaak, want aan wiens woorden hecht je als regionaal tuchtcollege de meeste waarde?

Het verhaal begint met een subacute, ontstoken hartklep waarmee de klager opgenomen werd op de spoedeisende hulp. Onderzoek wees uit dat de oorzaak van de endocarditis een dentogeen focus was in element 17. De beklaagde tandarts, op dat moment arts in opleiding tot specialist MKA, heeft het element (met gouden kroon) operatief verwijderd. Volgens de patiënt heeft de beklaagde misbruik gemaakt van de omstandigheden om toestemming te krijgen voor het afstaan van de gouden kroon. Ook vindt de patiënt dat de tandarts zich de gouden kroon onrechtmatig heeft toegeëigend. De arts betwist die verwijten en stelt dat hij beklaagde heeft geattendeerd op het feit dat het geëxtraheerde element een gouden kroon bevatte en dat hij deze aan klager heeft aangeboden. Kortom: een welles-nietes kwestie, want er zijn geen getuigen van de communicatie tussen klager en beklaagde. Het college kan daarom ook niet objectief vaststellen dat beklaagde al of niet toestemming heeft gevraagd om de kroon voor een goed doel te besteden. Voor zover klager subsidiair heeft willen stellen dat er sowieso sprake is geweest van misbruik van omstandigheden, omdat je dit soort dingen niet van patiënten rond de ingreep zou mogen vragen, overweegt het college als volgt: ‘Beklaagde heeft gehandeld conform het op de afdeling geldende beleid. Het betreft hier een overzichtelijke vraag, die een patiënt normaliter in korte tijd kan overzien. Een toestemming of afwijzing is niet van invloed op de behandeling. Dat er sprake was van bijzondere omstandigheden, ongewone druk op de patiënt of van een bijzondere geestesgesteldheid van de patiënt, is niet gebleken.’  Voor de volledigheid merkt het college op dat nergens blijkt dat beklaagde zich de kroon persoonlijk heeft toegeëigend. De klachtonderdelen worden daarom ongegrond verklaard. Lees hier de volledige uitspraak.

 

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.