Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Verkiezingsprogramma’s: het belang van mondzorg begint door te dringen

TandartsPraktijk heeft de verkiezingsprogramma’s van de partijen met de meeste kans om aan te schuiven aan de onderhandelingstafel op een rijtje gezet. Wat valt er op?

Het belang van mondzorg begint door te dringen bij de politieke partijen. Ter illustratie: de termen ‘mondzorg’ en ‘tandarts’ kwamen in 2017 niet voor in de verkiezingsprogramma’s van zowel de Partij van de Arbeid als GroenLinks. Maar deze verkiezingen heeft vrijwel elke partij een voorstel gedaan dat direct betrekking had op mondzorg. Bij politici begint het te dagen dat het korten op mondzorg op korte termijn geld bespaart, maar op langere termijn meer kosten oplevert. Dat vooruitschuiven van zorgkosten lijkt, ook met betrekking op bijvoorbeeld fysiotherapie, aan zijn einde te komen.

Zo stellen veel politieke partijen voor om de mondzorg (gedeeltelijk) weer te introduceren in het basispakket. De vorm waarin dit gaat gebeuren, zal een verhit onderwerp van debat worden, aangezien de meningen hierover uiteenlopen. Zo wil het NSC van Pieter Omtzigt alleen een jaarlijkse controle terug in het basispakket brengen maar wil bijvoorbeeld de Partij voor de Dieren een ‘uitgebreide dekking’ van mondzorg in het basispakket stoppen.

Eigen risico op de agenda

Ook de discussie over het eigen risico staat weer op de agenda. Dat partijen als de PVV het eigen risico willen afschaffen, was al bekend (sinds het aantreden van Rutte IV zijn er 22 moties geweest die betrekking hadden op het eigen risico. 14 daarvan kwamen van de PVV, het merendeel om het eigen risico af te schaffen). Daarbij valt op dat zelfs de VVD hier een actiepunt heeft gemaakt. Hoewel zij niet van mening zijn dat het eigen risico afgeschaft moet worden, pleiten zij wel voor een zwakkere vorm dan de huidige maatregel. Zij willen namelijk dat het eigen risico ‘behapbaar’ wordt: mensen moeten niet in één keer het hele bedrag betalen, maar een gedeelte van de behandelingskosten, die met het eigen risico verrekend worden. Opmerkelijk is dat de partij van Yeşilgöz hierin keert: bij vrijwel elke stemming die een aanpassing in het eigen risico voorstelde, heeft de VVD tegen gestemd. In voorgaande verkiezingsprogramma’s uit 2010, 2012 en 2017 pleitte de VVD uitsluitend voor het niet verhogen van het eigen risico. Zonder succes: waar het oorspronkelijke bedrag lag op € 150, is dat nu € 385.

Dat zij hierover van gedachten zijn veranderd, staat symbool voor een grotere beweging in het denken over het eigen risico: waar het eigen risico ooit ingevoerd werd om onnodig zorggebruik tegen te gaan en de zorgkosten behapbaar te houden, heeft het er vooral toe geleid dat mensen steeds vaker zorg vermijden uit angst voor een hoge rekening op het einde van het jaar. Op lange termijn kost dit echter veel meer: zorgmijding leidt vaak tot uitgebreidere klachten, totdat grote ingrepen nodig zijn. Het zijn uitgestelde kosten. Op basis van de huidige peilingen komen de partijen die voor afschaffing van het eigen risico zijn op 65 zetels. Te weinig om dit plan eenvoudig door de Tweede Kamer te krijgen, maar het biedt gewicht om deze maatregel aan te passen of af te schaffen om de zorg toegankelijker te maken.

Weinig oog voor tekorten aan tand- en huisartsen

Het groter wordende tekort aan tand- en huisartsen dringt nog niet goed door in politiek Den Haag. Hoewel veel partijen, waaronder het Nieuw Sociaal Contract van Pieter Omtzigt, plannen hebben gemaakt om de tekorten in personeel onder bijvoorbeeld verpleegkundigen, doktersassistenten en dergelijke te verkleinen door zij-instroom trajecten, zal dit niet het nijpende tekort aan tand- en huisartsen verminderen. Daarvoor is de opleiding te kostbaar en te lang.

Meer studenten opleiden zal niet snel tot lagere werkdruk leiden: als de overheid besluit om vanaf dit jaar het aantal studenten tandheelkunde te verhogen, zal pas in 2042 een evenwicht tussen vraag en aanbod bereikt worden. Meer afhankelijkheid van de instroom van buitenlandse tandartsen wordt door de KNMT onwenselijk geacht: veel buitenlandse tandartsen vestigen zich niet permanent in Nederland. Daardoor wordt er veelal geen blijvende vertrouwensrelatie opgebouwd, die volgens het KNMT ‘juist in de mondzorg zo belangrijk is.’ Desondanks blijven de aanstaande vergrijzing onder tandartsen, de moeizame zoektocht naar opvolgers voor een praktijk en het complexe proces van het overnemen van een praktijk relevante problemen in de sector. Daar spelen private equity-investeerders handig op in. De horrorverhalen die de afgelopen jaren naar buiten kwamen waarbij huisartsenpraktijken niet meer bereikbaar waren, leidden tot veel verontwaardiging. Dat verhaal is ook bij politici terechtgekomen: bijna alle partijen benoemen in hun verkiezingsprogramma dat zij het onwenselijk vinden dat grote investeerders een dikke vinger in het Nederlandse zorglandschap krijgen. Alleen de VVD en D66 hebben hier geen opmerkingen over. Hoewel deze tendens geremd kan worden, blijft de vraag bestaan: hoe moeten we dit oplossen? Daar is in de verkiezingsprogramma’s niets over te lezen.

NSC – VVD – PvdA-GL

De peilingen wijzen erop dat NSC, VVD en PvdA-GL gezamenlijk op 79 zetels uitkomen (8 november). In een zogeheten ‘Grote Coalitie’, met zowel christendemocraten, liberalen en socialisten, is het niet altijd even eenvoudig om stabiliteit te vinden. Vaak ontstaan deze coalities wanneer omstandigheden zich voordoen waarin normaal gesproken tegengestelde partijen elkaar nodig hebben, bijvoorbeeld tijdens een economische crisis.

Een andere reden voor samenwerking kan zijn dat grote partijen elkaar meer vinden in ideologische overtuigingen, dan meer extreme partijen aan beide vleugels van het politieke landschap. Gezien het grote aantal partijen in de Tweede Kamer (zeventien in totaal) en de grote meerderheid die minder dan tien zetels heeft in de peilingen (twaalf partijen), is het moeizaam om zonder de grote partijen te formeren. Zou NSC bijvoorbeeld willen formeren met VVD maar niet met PvdA-Gl, dan zouden zij naast bijvoorbeeld BBB (12 zetels) ook nog het CDA (4 zetels) én D66 (7 zetels) moeten strikken om een rechts-centrisch kabinet te kunnen vormen.

Mondzorg: verwachtingen

Een andere coalitie dan NSC, VVD en PvdA-GL lijkt vooralsnog niet aannemelijk. Wat kan de mondzorg verwachten? Het waren twee VVD-kamerleden die het tekort aan tandartsen aanstipten in de Tweede Kamer. Kamerlid Jacqueline van den Hil vertelde tegenover TandartsPraktijk dat zij sterk voorstander was van een nieuwe tandartsenopleiding in Rotterdam, om hiermee de tekorten in zuidwest Nederland aan te pakken. De kans is groot dat deze opleiding er zal komen als deze coalitie zou regeren. Ook nemen de partijen het tekort aan personeel in de zorg serieus en is met name het NSC nadrukkelijk aan het kijken welke mogelijkheden er zijn om zij-instroming te bevorderen. Het is de vraag of partijen overeenstemming zullen vinden in het dossier over mondzorg in het basispakket. Zowel NSC als PvdA-GL zijn voorstander, de VVD is van oudsher minder fan. Daarnaast zal het toevoegen van een jaarlijkse controle bij de tandarts in het basispakket de – nu al hoge – werkdruk nog eens verhogen. Gezien het tekort aan tandartsen dat er nu al is, en nog zal groeien de aankomende jaren, kan dit een grote uitdaging worden voor de sector. Daarbij is het aannemelijk dat een aanpassing in het eigen risico ingevoerd zal worden. Alle drie de partijen zijn het erover eens dat het eigen risico zoals het nu bestaat, niet bevorderlijk is voor het welzijn, met name voor hen met een laag inkomen. Waarschijnlijk zal dit een afzwakking van het principe worden: zowel het NSC als de VVD willen een gespreide opname van het eigen risico invoeren.

Wilt u reageren? Of heeft u een tip naar aanleiding van dit artikel? Mail dan de redactie van TandartsPraktijk op tandartspraktijk@bsl.nl

 

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.