Jager-verzamelaars kauwden volgens Zweedse wetenschappers bijna tienduizend jaar geleden al op een soort kauwgom. Het ging om de hars en schors van berkenbomen. Of ze dat deden omdat het lekker was, is de vraag. De kauwgom werd waarschijnlijk als lijm gebruikt voor werktuigen en wapens.
Archeologen vonden de gekauwde stukken in de buurt van Göteborg. Daar werden ook bijna 10.000 jaar oude skeletten gevonden. De tanden en kiezen van sommige skeletten kwamen overeen met de afdrukken op de kauwgom. Helemaal zeker is het niet dat de kauwgom werd gebruikt als lijm, zo stelt een van de onderzoekers. De mensen kunnen ook op de schors gekauwd hebben omdat ze het lekker vonden of vanwege een mogelijke geneeskundige werking. Dankzij het op de kiezen achtergebleven DNA weten de wetenschappers nu ook wat mensen in de late steentijd aten. Er stonden onder meer hert, forel, eend, vos, appels en hazelnoten op het menu. Lees hier het hele wetenschappelijk onderzoek dat gepubliceerd werd in Nature.
