‘Willen we naar de Dam, dan gáán we naar de Dam.' Historische woorden van vakbondsman Herman Bode op 4 maart 1980 bij de RAI in Amsterdam. De toenmalige vicevoorzitter van het NKV sprak daar 20.000 demonstranten toe die zich verzetten tegen de plannen van het kabinet om de koppeling tussen lonen en uitkeringen los te laten. De bijeenkomst zou aanvankelijk plaatsvinden op de Dam maar de stad had net de krakersrellen in de Vondelstraat achter de rug en vreesde voor nieuwe ongeregeldheden, dus werd de demonstratie verplaatst naar de RAI. Maar dat pikten de actievoerders niet, ze gingen gewoon tóch naar de Dam.
Zijn wij daar als tandartsen bevreesd voor? 20.000 tandartsassistenten die op de Dam demonstreren voor een betere CAO, salarisverhoging en betere (secundaire) arbeidsomstandigheden? Niet nodig, want als er één beroepsgroep is die wel héél belazerd georganiseerd is, is het die van tandartsassistenten. Hoe is het toch mogelijk dat er geen belangenverenging bestaat voor tandartsassistenten?
WAAROM IS ER GEEN BELANGENVERENIGING VOOR TANDARTSASSISTENTEN?
Wij tandartsen spinnen er garen bij in een tijd waarin wordt gesproken over de totstandkoming van een CAO voor de mondzorg. Wij zijn namelijk wél goed georganiseerd en worden hierin uitstekend vertegenwoordigd door de KNMT. Maar wij spelen een gewonnen wedstrijd van verdeel en heers. Natuurlijk praten we met mensen uit het veld; heel veel zelfs. Met tandartsen, assistenten, mondhygiënisten en zelfs verschillende vakbonden. Wij praten met één mond en horen meningen aan uit heel veel verschillende monden. Dat is fijn, want dan kunnen we aan het einde van de rit zeggen dat het volstrekt onmogelijk is om tot een consensus te komen. En zo slagen wij erin dit feodaal stelsel overeind te houden.
‘Het leenstelsel wordt ook vaak feodalisme , of feodaal stelsel genoemd, wat verwijst naar het Latijnse “feudum”, wat “leen” betekent. De leenmannen, ook wel vazallen genoemd, zwoeren trouw aan hun leenheer, in ruil voor het land dat zij mochten beheren gaven ze de koning goede raad en hielpen hem als er oorlog was.´ (Bron: Mrchadd.nl).
Tandartsassistenten zweren trouw aan hun werkgever en staan hem of haar bij in goede en slechte tijden. Wat krijgen ze daarvoor terug? Hun baan tegen een door de werkgever vastgesteld salaris en tegen door de werkgever vastgestelde voorwaarden.
Maar wat doen we als die assistenten straks geen zin meer hebben in ons feodaal stelsel? Als opleidingen tot assistente leeglopen? Ach om Hendrikus Colijn nog maar eens op te poetsen: ´Gaat u maar rustig slapen´, zolang de assistentes niet georganiseerd zijn is er niets aan de hand.
Sander Loos, hoofdredacteur
tandartspraktijk@bsl.nl
Dit artikel is verschenen in TandartsPraktijk nr. 8, 2024.